Zuheir
Vorige week kreeg ik een appje van een vriendin van een vriendin met een verzoekje ‘dat ik vooral moest weigeren als ik er maar een klein beetje geen zin in had’, maar wat ‘wel een leuk voorstel is, althans met leuke kanten’. En nu logeert ZuheirAlkazzaz tien dagen in de gezamenlijke woonkamer in ons Centraal Wonen-cluster en eet hij met mij, m’n lief, m’n kinderen en met sommige woongroepgenoten. Overdag staat hij met een zelfgebouwde oven in de Dutch Design Week, als vertegenwoordiger van het Nationaal Glasmuseum in Leerdam. Hij blaast daar met Syrische korte-pijptechnieken, dicht op de hitte van zijn gasgestookte oven, in hoog tempo de mooiste kannetjes van gerecycled glas. Zuheir is een Syrische vluchteling en zesde generatie glasblazer. Na een reis van veertig dagen; lopen, lopen, varen met een boot die lek ging, gered door de Griekse politie, lopen, lopen, bussen, treinen, kwam hij aan in Nederland, het land waar hij heen wou om er een jaar later met zijn vrouw en drie jongste kinderen herenigd te kunnen worden. Zijn twee oudste dochters zitten nog vast in een belegerde stad en zijn oudste zoon kwam om bij bombardementen vertelt hij, naar passende Nederlandse woorden zoekend. Omdat hij zich niet-werkend ongezond verveelde en ziek piekerde heeft zijn begeleider hem in contact gebracht met het Glasmuseum dat zich nu over hem ontfermt. Hij wil werken. En als het kan liefst glasblazen. Mijn kinderen hangen aan Zuheirs lippen en vragen hem hoe het is om zomaar in een nieuw land te komen wonen waar alles vast heel anders is. Hoe kijkt hij naar de omgang tussen mannen en vrouwen in Nederland, naar de acceptatie van homoseksualiteit? “Is cultuur” zegt hij mild, “In Syrië een man soms vier vrouwen, hoe vind jij dat, is cultuur”, terwijl hij zich een beeld vormt van Centraal Wonen en mijn cluster, waarin alleen alleenstaande ouders wonen. Het woord gescheiden is nieuw voor hem. Hij schikt zich er in en wil de hele Dutch Design Week blijven om glas te blazen. Hij geniet van de mensen die komen kijken, van zijn ‘collega’s’ van het museum. Hij zingt Arabische liederen onder de douche. Brengt appels mee voor mijn kinderen. Mijn buurman leent hem schone kleren. Mijn lief kookt halal. We lachen omdat hij yoghurt zout noemt en niet lekker vindt met fruit er in: “geen zoet met zout”, iets wat wij, met onze smaakopvoeding, niet kunnen begrijpen. Toen ik ziek was deze week kreeg ik een lieve sms: Beste ANEMOON. Ik hoop dat vandaag wordt u met goed gezond. Hartelijk groeten, Zuheir. ’s Avonds stond hij verlegen op de stoep met een prachtig zelfgeblazen kannetje en vaasje. Om daarna vanuit de auto zijn zus te gaan bellen, bij gebrek aan Samsunglader.
Ja zeggen is soms heel bijzonder.